Homepage
Alle plaatsen in Zuid-Holland
|
|
Het wapen van Driebruggen
Geschiedenis
Het dorp Driebruggen ligt op 4.30 O.L. en 52.25 W.L. aan de Dubbele Wiericke, een oude vaarverbinding
tussen Oude Rijn en Hollandse IJssel. Rond 1850 bestond het uit een kleine komvormige concentratie rondom
het kruispunt van het jaagpad langs de Dubbele Wiericke, met de Groendijck aan de oostkant en de
Kerkweg aan de westzijde van de vaart. In deze tijd sprak men nog van de 'kleine buurt' of het gehucht
Driebruggen. Driebruggen was de kern van de voormalige gemeente Lange Ruige Weide.
Hoe onaanzienlijk de plek zijn moge, voortdurend heeft de plaats in de vuurlinie gelegen van
grens-correcties, gewestelijke en gemeentelijke herindelingen. In 1964 vond een opmerkelijke promotie
plaats. In dat jaar ontving de nieuw te vormen gemeente de naam Driebruggen. Daarmee verkreeg zij
definitief een plaats op de kaart van Nederland. De gemeente Driebruggen werd samengesteld uit delen
van de voormalige gemeenten lange Ruige Weide, Waarder, Papekop en Hekendorp. Het voortschrijdende
proces van bestuurlijke schaalvergroting, dat eerst tot haar ontstaan had geleid, betekende ook haar
einde. De gemeente werd opgeheven. Op 1 januari 1989 verdween Driebruggen als gemeente uit de boeken,
waarna de kernen Waarder en Driebruggen deel uit gingen maken van de gemeente Reeuwijk.
Bron: Stichts-Hollandse Historische Vereniging
SHHV.
brug
over de Dubbele Wiericke en het Hooge Huys
De Wierickes
Twee in de Middeleeuwen handmatig gegraven watergangen, de Enkele en de Dubbele Wiericke, begrenzen de
kavels in de polder Lange Weide rondom Driebruggen. Beide verbinden de Oude Rijn en de Hollandsche
IJssel met elkaar. Deze watergangen zijn belangrijk voor de waterhuishouding van het gebied. In vroeger
dagen waren ze als onderdeel van de Hollandse Waterlinie ook van belang als verdedigingswerk.
De kern Driebruggen is ontstaan rondom de brug over de Dubbele Wiericke. Net als Reeuwijk-Brug heeft
Driebruggen haar ontwikkeling voor het grootste deel te danken aan de ligging aan een belangrijke
vaarweg. In dit geval gaat het om de route tussen de Hollandse IJssel en de Oude Rijn. Al in de 17e
eeuw was sprake van enige nijverheid aan beide kanten van het water. In de 19e en 20e eeuw werd dit
versterkt. De dorpskern werd in de 20-er jaren van de vorige eeuw uitgebreid in westelijke richting
langs de Kerkweg tot aan het Hoog- en Laageind. Vanaf de jaren 70 werd het dorp aanzienlijk uitgebreid
aan de zuidkant met woningen en enige industrie.
Het gebied ten noorden van de Kerkweg werd in de jaren vijftig en zestig volgebouwd. De uitbreiding ten
zuiden van de Kerkweg volgde in twee etappes, eerst de omgeving van de Sierkersstraat in de vroege
jaren zeventig, later het gedeelte verder naar het zuiden in de eerste helft van de jaren tachtig. De
wijk aan de oostkant van de Dubbele Wiericke, straten met vogelnamen, dateert van de tweede helft van
de jaren zeventig, toen ook de nieuwe weg Driebruggen - Waarder, De Groendijck, werd aangelegd.
Slagenlandschap
Het landschap rondom het plassengebied bestaat uit vlakke open polders, doorsneden door lintvormige
patronen van wegen, kaden en watergangen. Lange, smalle kavels weiland met daartussen soms brede sloten
staan haaks op deze linten. Een dergelijk landschap heet ’slagenlandschap’.
De linten zijn zeer gevarieerd van uiterlijk. Naast boerderijen liggen boomgaarden, woonhuizen, enkele
akkertjes en kleine bosjes. Vooral in Driebruggen en Waarder is het oude slagenlandschap, daterend uit
de Middeleeuwen, nog grotendeels intact, slechts doorsneden door de rijksweg A12, de spoorlijn
Gouda-Woerden en de Groendijck, de nieuw aangelegde verbindingsweg tussen Driebruggen en Waarder.
Hier vindt nog veel veeteelt plaats, voornamelijk melkveehouderij, in mindere mate schapen- en
varkenshouderij. Daar waar boeren geen opvolger hebben voor hun bedrijf valt het meestal in tweeën
uiteen: de boerderij wordt apart verkocht als woning, het land gaat over in handen van een omwonende
boer. De houtwallen, bosjes, sloten en kaden vervulden in het verleden een specifieke rol in het
agrarische bedrijfssysteem. De sloten dienden voor de ontwatering en als transportweg, meestentijds
bevaren met schouwen. De bosjes nabij de boerderijen, de zogeheten ’geriefhoutbosjes’, leverden het
vele hout dat nodig was, uiteraard stookhout maar ook gereedschapsstelen en hekpalen. De dunne twijgen
werden gebruikt voor natuurlijke beschoeiingen, daar waar nodig. Veel van de oude landschapselementen
zijn nog aanwezig, waardoor het karakter van dit type veenweidegebied voor een groot deel in stand is
gebleven.
Bron: www.reeuwijk.nl
Bezienswaardigheid
De Hof van Ende
Gelinkt van: www.struinenenvorsen.nl.
Boezemkade te Driebruggen
Gelinkt van: www.tawinfo.nl.
|
|